Reisverslag Italie 2+ 3 +4 juni 2017, geschreven door Nel

Een dekkingstrip naar Massarosa.

Vrijdag 2 juni 2017.
“Om 2 uur?”, vraag ik verbijsterd. “Dat is toch veel te laat!”.
Ik vergis me. Joukje bedoelt 2 uur in de nacht. Heel vroeg dus. In het holst van de nacht.
’s Middags probeer ik een “voorslaapje” te doen, maar dat mislukt hopeloos.
Als ik om 22.00 uur naar bed ga doe ik mijn best om te slapen, maar ik ben het niet gewend, zo vroeg naar bed en doe dus geen oog dicht.

Zaterdag 3 juni 2017.
Als ik om half 1 nog niet slaap, besluit ik op te staan, want een half uurtje slapen zet geen zoden aan de dijk.
Ik maak mijn spullen in orde, drink de koffie, die Peter voor mij gezet heeft en pak de broodjes gebakken ei in.
Ik vind het wel heel spannend, we hebben een lange reis voor de boeg, want vanmiddag zal de dekking plaats vinden in Massarosa, in de buurt van Pisa.
Het progesterongehalte bij Ushi staat al heel hoog, 15.5 en we moeten nog 1200 kilometer rijden. Ik hoop dat we op tijd zijn.
Stipt om 2 uur is Joukje bij mij. Ushi ligt achter in de auto en verwelkomt mij enthousiast. Ik zet mijn spullen in de auto, neem afscheid van Peter en dan vertrekken we.
Het is heel rustig op de weg. Welke idioot gaat er nu om 2 uur op reis?
We zijn wonderbaarlijk wakker. Zodra we op de snelweg zitten (na 5 minuten) wordt het eerste broodje-ei soldaat gemaakt.
Ushi laat met een luide blaf horen dat ze ook wel een stukje lust. De reis verloopt voorspoedig, we stoppen om de 3 uur en om half 8 staan we al op de parkeerplaats bij Freiburg.
Op de Duitse radio horen we dat de weg naar de Sint Gotthardtunnel nu al langzaam dichtslibt.
Op een parkeerplaats zoeken we naar het Zwirtserlandvignet. Het is nergens te vinden, waarschijnlijk ligt het nog thuis.
Dus moeten we aan de grens nog een vignet kopen. Dat is balen.
In Bazel vertelt de radio dat er bij de Gotthardtunnel een file staat van tweeënhalf uur! Dat gaan we dus niet doen.
We rijden liever honderd kilometer om dan dat we zo lang stil staan. Zeker niet met een hond in de auto.
Het wordt steeds warmer en rijden met de airco op volle toeren is dan geen straf.
Omdat we aan de kust van de Middellandse zee moeten zijn is de weg via de grote Sint Bernhardtunnel niet eens zo ver om.
Dus besluiten we via Bern en Montreux naar het zuiden af te zakken. Het wordt steeds drukker op de weg, maar gelukkig staan we nauwelijks stil.
Als de bergen hoger worden neem ik het stuur over. Joukje heeft er inmiddels zo’n 10 uur opzitten.
De pas naar de tunnel is prachtig en de tunnel zelf is een fluitje van een cent.
Een tegenvaller is, dat we voor de tunnel, in tegenstelling tot de Gotthard, moeten betalen, en niet zo weinig ook.
Dat komt omdat de Bernhard in Italië ligt. Even niet aan gedacht! Als we uit de tunnel komen zijn er wat wegwerkzaamheden, dus wordt onze reis behoorlijk vertraagd.
Toch zitten we rond 13.00 uur op de weg naar Genua.
Na nog een tussenstop komen we rond half 5 aan bij onze bestemming, waar we vriendelijk worden ontvangen door een vrouw en een jongeman.
We krijgen een rondleiding door het prachtige, ruime huis en vertrekken vervolgens meteen naar Raffaele en Monia.
Het is even zoeken in het schilderachtige dorpje. Ondanks de TomTom stoppen we toevallig precies voor het huis waar we moeten zijn.
Het huis van “Allevamento Dei Grausi”. Als de poort geopend wordt is het nog slechts een kwestie van stevig optrekken op de oprit en zijn we op de plaats van bestemming.
Raffaele en Noah Vosen dei Grausi zijn nog niet thuis. Noah is in Pisa BOB geworden en mag/moet nog deelnemen aan de eindronde (die hij overigens ook wint).
We spreken met Monia af dat we rond een uur of 8 terugkomen en of we dan maar meteen mee-eten!
Als we terug zijn bij ons vakantieverblijf brengen we eerst onze spullen naar boven en richten we onze kamers is.
Wat een prachtig verblijf! Twee grote slaapkamers, 2 grote badkamers, eetkamer, zitkamer, hangkamer, keuken en bijkeuken, een groot balkon.
Hier kunnen we het wel even uithouden! Buiten staan we meteen in de weilanden en kunnen we Ushi uitlaten (als die loslopende herder tenminste niet in de buurt is).
We duiken met z’n allen het bed in en slapen een lange dut.



Om 20.00 uur zijn we terug bij Monia en Raf. Ushi mag even achter het hek acclimatiseren en wij worden voorgesteld aan 2 vrienden van de familie, Morena en Andrea.
Mijn ervaring is, dat het altijd gezellig is bij de Italianen.
Ook nu weer. We krijgen een heerlijke barbecue voorgeschoteld, er wordt naar hartelust gekletst en gelachen en er worden serieuze wetenswaardigheden uitgewisseld.
Ondertussen wordt op de TV de finale van de Championsleague tussen Juventus en Real Madrid gespeeld.
Onze Italianen juichen als Real scoort, “want als je niet vóór Juventus bent, ben je tégen Juventus!”

Ondertussen maak ik me wel een beetje zorgen om de vruchtbaarheid van Ushi.
Inmiddels is de temperatuur wat gedaald (het was 29 graden) en stijgt waarschijnlijk het progesterongehalte.
Maar onze gastheer heeft tijd genoeg: straks, als we klaar zijn. Na nog een Magnum (“no Magnum, no party!) en een koffie gaat het dan eindelijk gebeuren.
Ushi wordt uit haar tijdelijke verblijf gehaald en samen met Noah (ach, wat een prachtige reu, wat een fijn karakter!) in het lamplicht van het terras geplaatst.
Ushi zit aan de lijn. Ze is duidelijk niet in haar hum.
Na een lange reis en een zeer gebroken nacht, in een onbekende omgeving wil ze geen polonaise aan haar lijf.
Ze snauwt Noah af en maakt steeds dat ze wegkomt. Noah doet enorm zijn best, maar laat zich afschrikken door onze Kenau.
Zo kennen we Ushi eigenlijk helemaal niet. Ze is altijd zo meegaand en vriendelijk. Even proberen we het los, in een afgesloten stukje bos.
Maar daar rent ushi alleen maar weg.
Er wordt geopperd dat het misschien niet de goede tijd is, er wordt gevraagd naar de progesteron, maar als Joukje uitlegt, dat de situatie voor Ushi wel heel lastig is en dat ze helemaal niet zichzelf is wordt er toch doorgezet en, onder enige dwang, staan de lovers in no-time gekoppeld.





Bij ons huis aangekomen (de, door onze Italiaanse vrienden aangekondigde, prostituees staan in groten getale uitgestald aan de toegangsweg) storten we in bed en slapen een gat in de dag.

Zondag 4 juni 2017.
Op aanraden van Monia besluiten we even het strand op te zoeken bij Viareggio.
Ushi blijft op het huis passen.
We hebben lang gewikt en gewogen of we haar thuis zouden laten (inbrekers, brand, hysterische hond), maar we besluiten dat het best kan: in de slaapkamer, slaapkamerdeur op slot, huisdeur op slot, wat kan er mis gaan?
En we gaan maar een uurtje. Een beetje ongerust kijkt Joukje nog even door het sleutelgat en Ushi heeft zich relaxed op bed genesteld, op haar deken. Niks aan de hand.
Als we richting Viareggio rijden barst er een onweer los.
In een paar minuten staan de straten blank en formeert zich een gigantische file.
Boven de zee is een inktzwarte lucht en we besluiten om het uurtje strand te laten voor wat het is.
We rijden nog even langs een winkel om wat lekkernijen en vergeten spulletjes in te slaan en gaan weer naar het huis.
Door het sleutelgat ziet Joukje Ushi nog steeds ontspannen liggen. Zie je nou wel!
Dan slaat de vermoeidheid toe. Keihard.
We zoeken ons bed weer op. Ik probeer wat te lezen, maar de letters lijken wel te golven. Binnen een minuut slaap ik. Ook Joukje valt snel in slaap.
Rond 15.00 uur zijn we weer bij Monia en Raf.
We zijn blij dat het deze keer van een leien dakje gaat: Ushi heeft er zin in: ze daagt uit, speelt en de dekking is zó gepiept.
We drinken nog even wat en dan gaan we huiswaarts, maar niet voordat ik nog een heel mooi olijfboompje scoor, wat Raf netjes achter de bestuurdersstoel plaatst.
Het kan nét. Dank je wel, Lieve Raf!
Op de terugweg naar Vecchiano pakken we nog een Macje en “thuis” kijken we nog wat TV om vervolgens vroeg naar bed te gaan. Morgen wacht ons nog een lange dag.





Maandag 5 juni 2017.
We zijn bijtijds wakker. We nemen een snel ontbijt, laten Ushi uit (wat een prachtige omgeving, wat een uitzichten!) en pakken de auto in voor de terugreis.
Vooraf hebben we afgesproken dat we bij Katja, een bevriend fokker, langs te gaan.
Het is een paar uur rijden en we zijn op de afgesproken tijd op de plaats van bestemming.
We zijn oprecht blij om elkaar weer te zien. Katja showt ons haar paleisje en na een heerlijke lunch vangen we de terugreis aan.
Het zit niet mee. Na 20 minuten belanden we in een gigantische file (vrachtwagen omgevallen, lading op de weg).
We nemen allerlei weggetjes binnendoor en als we eindelijk bij Milaan zijn zitten we daar weer vast.
Gelukkig hebben we op de valreep in Basel een appartementje geboekt! Dit schiet niet op. Ook bij de Gotthardt staat een aardige file.
We zijn blij als we eindelijk om 23.00 uur (11 uur ’s avonds!) ons appartement bereiken. Nergens in de buurt is er echter een parkeerplaats te vinden!
(In de beschrijving van Booking staat weliswaar dat er geen parkeerplaats is, maar dan denk je: niet voor het appartement, misschien niet eens in de straat).
We rijden steeds grotere rondjes, maar het is gewoon hopeloos!
Ondertussen hebben we al een paar keer geprobeerd om contact te leggen met Booking, maar “onze medewerkers zijn nog steeds in gesprek”.
Om middernacht besluit Joukje: we rijden door naar huis.
Ik ben wel een beetje ongerust, want we hebben er inmiddels alweer een lange dag opzitten en thuis is nog een kleine 600 kilometer.
En ik ben kapot. Ik kán niet meer.
Eenmaal in Duitsland aangekomen zoeken we een parkeerplaats op en proberen een kort slaapje te doen.
Ik kan natuurlijk weer niet slapen en meen Joukje toch echt slaapgeluiden te horen maken, maar ze zegt na anderhalf uur dat ze niet kan slapen en we besluiten door te rijden.
Het is een lange, stille, donkere, vermoeiende nacht.
Nu en dan val ik even weg, maar ik wil Joukje niet in de steek laten, ondanks het feit, dat ze zegt er geen last van te hebben als ik slaap.
Ergens onderweg verplicht ik mezelf om even het stuur over te nemen, maar na 35 kilometer geef ik de pijp aan Maarten: in slaap vallen achter het stuur is nou niet echt bevorderlijk voor de veiligheid.
Joukje rijdt de rest van de reis.
Om half 9 in de ochtend ben ik thuis.
Joukje moet nog een stukje. Ik vraag haar even te laten weten of ze goed aangekomen is.
Ik lees haar bericht pas als ik 6 uur later wakker wordt.

Een enerverende, maar geweldig leuke ervaring was het weer. En nu maar hopen dat e.e.a. zijn vruchten heeft afgeworpen!